Gedrag van Honden.

Leer hier over al het verschillende gedrag van honden.

Normaal gedrag

Normaal gedrag bij een hond heeft verschillende factoren en voorbeelden zoals: 

-Spelen: (rennen, bijten en stoeien) -> nodig voor socialisatie en energie kwijt te raken

-Snuffelen: Honden verwerken de wereld via geur.

-Waaks blaffen: De hond signaleert "gevaar" of bezoek.

Verschillende factoren: 

Erfelijk gedrag: Elke hond heeft zijn eigen gedragskenmerken zoals: verschillende temperament, pijn- en stress gevoeligheid, sociale aanleg en gezondheid en lichamelijke aanleg

Omgevingsfactoren: Alle honden hebben te maken met de leefomgeving, opvoeding en ervaringen daarbij spelen deze dingen ook een grote rol: Socialisatie periode (3-12 weken), opvoeding,  training, leefomgeving en routine

Probleemgedrag 

Veel eigenaren hebben te maken met gedragsproblemen bij een hond namelijk: overmatig blaffen, agressie, slopen/kauwen en Angst. Leer hier om er mee om te gaan en er van af te komen.

-Overmatig blaffen: Kan verveling, angst of onvoldoende training zijn.

-Agressie (grommen, happen en bijten): Vaak uit angst, onzekerheid of bescherming.

-Slopen/kauwen: Vooral pups doen dit door tandwissel of verveling.

-Angst (trillen, weglopen en piepen): het kan door geluid (vuurwerk/ onweer) en nieuwe situaties ontstaan maar hoe ga je er mee om.

Verschillende factoren:

Erfelijke factoren: Bij erfelijke factoren heb je met probleem gedrag veel verschillende oorzaken zoals: Ras gebonden aanleg (een Mechelse herder zonder training heeft veel overmatige waaksheid en agressie)  of een erfelijke angst waarbij angstige of schrikachtige ouderdieren kunnen doorgeven aan hun pups. 

Omgevingsfactoren: Veel honden met agressie problemen komt vaak door de baas door een slechte opvoeding of onvoldoende socialisatie. daarnaast kan het ook zijn dat de hond een foute of inconsistente opvoeding gekregen heeft als: straffen zonder duidelijke regels of wisselende commando's wat kan zorgen voor verwarring en onzekerheid.

Specifiek gedrag 

Specifiek gedrag bij honden betekend: het gedrag dat kenmerkend is voor de soort hond, en dat vaak aangeboren of ras gebonden is. 

Voorbeelden van specifiek hondengedrag:

-Communicatie: Blaffen, janken, grommen en huilen om zich te uiten.

-Lichaamsstaal: Staart kwispelen, oren spitsen of platleggen en houding aannemen (dominant en onderdanig).                                   

-Geuren gebruiken: (plassen of wrijven) om territorium af te bakenen.                                                                                                                                  -Sociaal gedrag: Leven in een roedelstructuur met hiërarchie en samenwerken of spelen met andere honden en mensen. 

-Voedsel gerelateerd gedrag: Graven om voedsel te verstoppen en Kauwen om tanden schoon te houden en spanning kwijt te raken.

Verschillende factoren: 

-Erfelijke (genetische factoren): Ras gebonden eigenschappen, een border collie heeft bijvoorbeeld: een sterk drijf- en hoed instinct, terwijl een jachthond meer achter wild aan gaat.

-Omgevingsfactoren:  Opvoeding en training: hoe een hond wordt opgevoed bepaalt hoe hij zijn instincten uit. Ervaringen: positieve of negatieve ervaringen (bijv. trauma's, socialisatie met mensen en dieren).

Algemene tips/aanpak:

Tips/aanpak voor normaal gedrag: 

-Voldoende beweging zoals: Wandelen, rennen en spelen.                               -Mentale uitdaging zoals: Snuffelmat, zoekspellen en training.                  -Structuur en regelmaat zoals: Vaste tijden voor eten, rust en wandelen

Tips/aanpak voor probleem gedrag:

-Achterhaal de oorzaak bijvoorbeeld: Verveling, stress, onvoldoende beweging of medische reden.                                                                                       -Training & gedragstherapie zoals: Leer alternatieven (bijv. ''zit'' in plaats van opspringen)                                                                                                        -Vermijd straffen: Dit versterkt vaak angst en probleemgedrag.

Tips/aanpak voor Specifiek gedrag:

-Begrijp het ras & instinct: Border collie wil graag drijven, Terriër graaft en een Husky wil rennen.                                                                                    -Aanpassing van omgeving: Voorkom frustratie door een hond te weinig uit te dagen.

Alles samengevat: 

-Normaalgedrag: Stimuleren en in goede banen leiden.

-Probleemgedrag: Oorzaak achterhalen, trainen, begeleiden en/of professional inschakelen.

-Specifiek gedrag: Herkennen, begrijpen en op een positieve manier een uitlaatklep geven.